Eens in de vijf jaar maakt de afdeling Bos- en Natuurbeheer een zogenaamde schouwronde in een deel van het bos. Hierbij komen alle aspecten van het terreinbeheer aan bod: houtoogst, aanplant nieuw bos, recreatie, heidebeheer, cultuurhistorie, onderhoud aan wegen en wandelpaden, etcetera.
Op dit moment ligt het accent op de terreinen rondom Elspeet en Vierhouten. Hier wordt dit jaar uit het bos zo’n 4.000 3 hout geveld. Dit lijkt veel, maar we moeten er wel bij bedenken dat het bos ook doorgroeit en in volume toeneemt. Dit noemen we de bijgroei; deze ligt gemiddeld over het bos op zo’n 5,5 m3 per hectare. Omdat ons bos FSC (Forest Stewardship Council) gecertificeerd is, zijn we gehouden aan de voorwaarden van dit keurmerk en oogsten we daardoor minder dan dat er jaarlijks bijgroeit.
Een deel van de houtoogst van dit jaar bestaat uit zwaar, dik douglas hout. Deze naaldbomen zijn inmiddels ruim 85 jaar oud en zijn de aflopen decennia bij dunning telkens ‘vrijgezet’, zodat ze dikker konden worden. Deze bomen worden in het jargon toekomstbomen genoemd; bomen waarvan de kwaliteit goed is en daarom dik en groot mogen worden.
Nu kappen we niet alle dikke bomen; een bos heeft de meeste waarde als het bestaat uit verschillende leeftijdsfases. Van open plekken tot jong ontkiemend bos, een struiklaag gevolgd door een stakenfase om vervolgens door te groeien naar dikkere bomen. Maar ook dode bomen of bomen die in een aftakelingsfase verkeren, zijn zeer waardevol. Deze afwisseling in het bosbeeld zien we meer en meer terug in ons bos. Dit heeft te maken met een andere aanpak (beheer) van het bos. Vroeg bleef men het bos eindeloos dunnen, totdat het zo dun bezaaid was met bomen dat er uiteindelijk werd overgegaan tot kaalkap. Vervolgens plantten men weer jonge bomen aan en begon het weer van voren af aan.
Vanwege andere inzichten over het bos, de ecologie en ook de belevingswaarde zijn we nu van een traditionele dunning overgestapt naar een uitkapmethode. Hierbij worden oudere, dikkere bomen her en der gekapt om zo ruimte te maken voor andere, soms nieuwe soorten. Zo blijft een bosbeeld gehandhaafd. Het bos wordt hierdoor niet alleen aantrekkelijker voor de recreant, maar ook de natuurwaarde profiteert hiervan. En, niet onbelangrijk, een bos kan veel meer tegen een stootje. Want klimaatsverandering, een zakkend grondwaterpeil en diverse insectenplagen maken ons bos steeds kwetsbaarder.
Het vellen (kappen) van deze bomen vraagt de nodige vak- en terreinkennis van de bosbeheerder. Aangezien we de bomen zelf hebben uitgekozen, zagen we ze dan ook het liefst zelf om. Want, zoals gezegd, het bosbeeld dient in stand gehouden te worden en andere bomen, vaak jongere bomen (de opvolgers), moeten bij deze velling zoveel mogelijk worden ontzien. Collega’s Hans Lubbersen en Martijn Bosch vormen een prima duo om deze klus te klaren. De bomen worden voorzichtig geveld en gesnoeid tot een maximale lengte van 20 meter (vanwege het transport). Het hout is erg gewild bij de houtverwerkende industrie. Dat we hiermee ook een duurzaam verkoopproduct produceren met een hogere verkoopprijs, mag duidelijk zijn. Op deze wijze houden we ons bos duurzaam in stand met inachtneming van onze doelstellingen.
Bekijk op YouTube de video van de houtoogst in Elspeet.