Misstanden
De zaak kwam aan het licht toen in 2021 in diverse media undercoverbeelden verschenen waarop mishandelingen van varkens en runderen te zien waren in slachthuis Gosschalk in Epe. Op de beelden was onder meer te zien hoe de dieren geslagen werden met peddels, opgejaagd werden met luid geschreeuw, overmatig met prikkers gestoken werden en aan hun oren en poten getrokken werden om sneller door het slachthuis te verplaatsen. Stichting Varkens in Nood (VIN) deed op 28 juni 2021 aangifte van dierenmishandeling. Onderzoek van de NVWA wijst uit dat er inderdaad sprake was van dierenmishandeling door de medewerkers van de slachterij. Uit het dossier blijkt dat er sprake is van een hoge slachtsnelheid en een stressvolle werkomgeving waarin zo snel mogelijk gewerkt moest worden.
Zwaar weer
Uit het onderzoek blijkt niet dat de bestuurder (feitelijk leidinggevende) van de slachterij actief instructies gaf tot de verboden gedragingen. Hij zou eerder een passieve rol bekleed hebben. Na de aangifte werd het slachthuis voor acht weken gesloten, zegden enkele grote afnemers het contract met het slachthuis op en raakte het bedrijf in zwaar weer. Daarnaast heeft de situatie veel indruk gemaakt op de bestuurder, hij heeft zijn positie binnen het bedrijf moeten opgeven. Ook is er sprake van verkoop van het familiebedrijf. Het OM is van mening dat de bestuurder, mede door de berichtgeving en de gevolgen die de zaak voor hem hebben gehad, al fors is gestraft voor zijn (nalatig) handelen. Hem wordt dan ook een beleidssepot opgelegd en het bedrijf wordt strafrechtelijk verantwoordelijk gehouden. Het OM legt het bedrijf een strafbeschikking op van 15.000 euro. Omdat de werknemers de strafbare handelingen uitgevoerd hebben, zullen zij opgeroepen worden voor een hoorzitting, waarbij hen een strafbeschikking in de vorm van een werkstraf kan worden opgelegd.
Strafmaat
Het OM wil benadrukken dat de strafmaat tot stand is gekomen door het effect van deze zaak af te wegen tegen de afdoening. Onder meer de ruime media-aandacht voor deze zaak heeft ertoe geleid dat het bedrijf twee maanden stilgelegen heeft en veel veranderingen heeft doorgevoerd in het slachtproces. Zo zijn er meer camera’s geplaatst en het toezicht is geïntensiveerd. Er worden geen varkens meer geslacht en de slachtsnelheid is verlaagd, zodat misstanden ook vanwege productiesnelheid minder voor de hand zullen liggen. Via de rechtbank zou het minstens nog anderhalf jaar duren voor de zaak op zitting zou komen. Het lange tijdsverloop van de zaak zou dan afdoen aan de strafmaat en het maatschappelijk effect.