ERMELO - Een Rwandese man die sinds 1998 in Nederland woont is op 3 oktober 2023 aangehouden op verdenking van genocide. De voormalig legerofficier, die in Ermelo woont, werd eerder al door Rwanda aangeklaagd. Het gaat nu om een Nederlands strafrechtelijk onderzoek. Het Openbaar Ministerie (OM) denkt dat hij in 1994 in zijn geboorteland Rwanda betrokken was bij de volkerenmoord op landgenoten.


Tegen de nu 67-jarige verdachte liep sinds 2012 een uitleveringsverzoek van Rwanda vanwege zijn mogelijke betrokkenheid bij genocide, het zwaarste misdrijf dat het internationale recht kent.

Uitleveringszaak

De Rwandees had inmiddels ook de Nederlandse nationaliteit gekregen, wat een uitlevering naar Rwanda in de weg stond. Nadat de Raad van State vorig jaar zijn Nederlanderschap onherroepelijk had ingetrokken, werd de verdachte opgepakt in de uitleveringszaak. In juni van dit jaar verklaarde de Hoge Raad zijn uitlevering echter ontoelaatbaar, omdat volgens de rechter het risico bestaat dat de verdachte in Rwanda geen eerlijk proces zal krijgen. De man kwam toen vrij.

Genocideverdenking

Het Team Internationale Misdrijven (TIM) is daarna samen met het OM zelf onderzoek gaan doen, onder meer in Rwanda. Dat heeft geleid tot de verdenking tegen de verdachte. Het betreft zijn vermoedelijke betrokkenheid bij genocide in de gemeente Mugina in april 1994.

Na een conflict tussen Hutu’s en Tutsi’s, twee etnische bevolkingsgroepen in Rwanda, werden in een paar maanden tijd bijna 800 duizend mensen vermoord, voornamelijk Tutsi’s. Duizenden van hen zijn omgebracht bij een aanval op een parochie in Mugina. Na deze aanval werden tientallen vrouwen en kinderen opgejaagd richting een huis, waarin zij levend zijn verbrand. De voormalig legerofficier die vandaag is opgepakt wordt specifiek verdacht van betrokkenheid bij het in brand steken van dit huis.

Internationale Misdrijven

Nederland kan verdachten van internationale misdrijven voor de rechter brengen als ze de Nederlandse nationaliteit hebben of in Nederland verblijven. Het strafrechtelijk onderzoek is in handen van het Landelijk Parket, in samenwerking met het TIM van de Dienst Landelijke Recherche (DLR). De verdachte zal op vrijdag 6 oktober bij de rechter-commissaris verschijnen.